"Cartesian landscape" |
"Countrypride" zou de titel worden van zijn volgende publicatie, zei Rem Koolhaas met de nodige ironie en zelfspot op 25 april 2012 in de Lutherse Kerk te Amsterdam. Koolhaas verraste die avond vriend en vijand door zijn lezing volledig te wijden aan 'the countryside', het platteland, terwijl het thema van de avond toch echt "Facing Forward: Future City" heette. Pas aan het einde van zijn verhaal kwam hij weer bij de stad terecht.
"Facing Forward" was een lezingenreeks die liep van december 2011 tot mei 2012, georganiseerd door Amsterdamse kunstinstellingen (Stedelijk Museum, De Appel, W139) en de Universiteit van Amsterdam. In een uitverkochte (kerk)zaal, met elders nog een auditorium waar de lezing via een scherm kon worden gevolgd, begon Koolhaas zijn relaas over het platteland.
Koolhaas trapte af met een aantal observaties. Zo is er overal veel aandacht voor de stad; ontwikkelingen worden in kaart gebracht en gegevens worden verzameld. Tegelijkertijd constateert hij dat er veel meer tijdschriften over het leven op het platteland zijn. 'Countrylife' is in de rekken van de tijdschriftenwinkels beter vertegenwoordigd dan 'citylife'. Ook signaleert Koolhaas dat dorpen tegelijkertijd krimpen en groeien.
Dit zijn voor hem redenen om het ontwikkelingsproces van de afgelopen te willen begrijpen. In de 19e eeuw was het land buiten de stadswallen voor het overgrote deel nog een terra incognita. Koolhaas noemde in dit verband het boek "Walden" (1854) van de Amerikaanse schrijver David Henry Thoreau, waarin voor het eerst een "Life in the Woods" wordt geïdealiseerd.
Tegenover die eerste ontdekkingen van het lege land buiten de steden van anderhalve eeuw geleden, staat de wereldwijde aandacht voor 'agriculture' (landbouw) in de huidige tijd. Het platteland is in de ogen van Koolhaas de frontlinie van transformaties. Grote, ingrijpende veranderingen voltrekken zich daar.
Koolhaas beschreef er een paar. Er worden steeds meer robots ingezet die werkzaamheden in de boerderijen overnemen. Bijvoorbeeld bij het melken en het voeren van de koeien. De boer bedient steeds meer computers; het boerenbedrijf digitaliseert in hoog tempo.
Het land van de boer en de weergave op de ipad worden hetzelfde. De boer werkt niet meer op het land, maar op de ipad. De ontwikkeling van drones en autocopters zullen een grote rol gaan spelen. Het platteland wordt in de ogen van Koolhaas een 'unending digital field'. Het gevolg zal zijn dat er minder mensen in de landbouw zullen werken, terwijl de productie zal toenemen.
Koolhaas trekt deze ontwikkeling door tot het beeld waarin de boer de flexwerker ontmoet. Met een goed geoutilleerd 'controlcentre' met computers kan een toekomstige, gedigitaliseerde boer de bedrijfsvoering van meerdere boerenbedrijven overnemen. De plaatsloze flexwerkers kunnen de verlaten boerderijen als nieuwe ankerplaatsen in een globaal netwerk annexeren.
Zonder dat dit in de lezing ter sprake kwam, lijkt het erop dat de betrokkenheid van Koolhaas bij het Strelka Institute for Media, Architecture and Design (Moskou) van invloed is op zijn belangstelling voor 'the countryside'. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het project 'Hinterland' dat Koolhaas in 2011-12 op Strelka heeft gedaan. (Het project 'Another Place' kan als een vervolg worden beschouwd. Hier wordt het gigantische territorium geanalyseerd dat door de 40 miljoen[!] dacha's, de tweede huizen van veel Russen buiten de steden, wordt ingenomen.)
Rusland kwam in de lezing wel even ter sprake als het land dat waarschijnlijk baat gaat hebben bij de klimaatverandering: een stijging van de temperatuur met 2º C leidt ertoe dat er een geweldig groot gebied uit de permafrost komt en aan het landbouwarsenaal kan worden toegevoegd.
Koolhaas illustreerde zijn verhaal met grafieken, schema's en andere datascapes. One-liners onderstreepten zijn boodschap. "Nature is over", luidde het bij zijn verhaal over het regenwoud. Iedere boom kan in de toekomst rekenen op registratie en wordt dan digitaal traceerbaar, van groei tot verwerking.
Het platteland lijkt als 'voordeel' te hebben dat het als een 'hyper cartesian landscape' is te beschouwen. Dit staat in schril contrast met de 'massive whimsicality' van de stedelijke gebieden.
Koolhaas neemt - in een blik die de hele wereld beslaat - een aantal ontwikkelingen waar, waarvan het resultaat is dat de bevolking van het platteland transformeert. Zo neemt het aantal talen dat wereldwijd wordt gesproken af. Hetzelfde geldt voor de biodiversiteit en de lokale volkscultuur. Hier tegenover breiden de landbouwgebieden steeds verder uit en wordt het platteland in toenemende mate het speelveld van de elite. "Thinning" is een centraal thema voor Koolhaas. Steeds meer land wordt in gebruik genomen en steeds minder mensen zijn nodig voor de bewerking ervan.
Zijn verhaal eindigde toch bij de stad, de 'future city'. Om de ontwikkeling van de stad te begrijpen, is het volgens Koolhaas noodzakelijk om te weten welke processen zich op het platteland afspelen. De stedelijke ontwikkeling kan niet worden begrepen zonder ook de transformaties op het platteland in kaart te brengen. Het platteland en de stad zijn, aldus Koolhaas, communicerende vaten.
Ko Jacobs
Een veelzeggende kop. De Vokskrant, 5 september 2012: verslag van de Landbouwbeurs. Klik op de reportage om een leesbare versie op het scherm te krijgen. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten